Episode Description
‘De Christus is van de Vader uitgegaan, om te zaaien. Zoeven kwam Hij dat gindse huis uit, als een zaaier. Dé Zaaier bij uitstek, die het woord van het Koninkrijk verkondigt, het gezaghebbende Woord van God. De dag van de oogst is nog niet aangebroken. Christus activiteit staat in het teken van het zaad; het Koninkrijk Gods komt op de zeer bijzondere en veel belovende wijze van het zaad. Hadden wij het ons anders voorgesteld, laten we ons er dan toch maar over verheugen.
Straks krijgen de discipelen de opdracht om dit zaad uit te strooien. Zij dachten misschien een troon te bestijgen, ze droomden van wending en omwenteling, en zij zouden daar mede de hand in hebben. Door de Heilige Geest voegen zij zich tot de nederige dienst van het zaaien. Gaat dan heen in de hele wereld, predikt. De discipelen worden apostelen. Ze gaan niet strijden met hamer en zwaard, ze gaan niet maaien met de kromme sikkel, ze gaan zaaien. Ziet! Let er op ook in deze tijd, waar de komst van het 'rijk' losgemaakt wordt van het zaad van het Woord. Zie ze gaan; ze verspreiden zich onder alle volken, ze roepen overal het Koninkrijk van de hemelen uit.
Ze zijn ook tot ons gekomen, die zaaiers, en ze zijn nog onder ons werkzaam. Bent u van hen gediend, hebt u ze nodig. Ik dacht dat de Kerk meer dan ooit mannen nodig heeft, die niet anders doen dan zaaien en ik ben dankbaar dat de Heere ze zendt. Het woord wordt hen toevertrouwd; o wee als ze eigen woorden rondstrooien en het Woord niet bedienen. Onze zaadbundel moet van hogerhand met goed zaad gevuld zijn. En dan maar zaaien.
Zaaien is een bescheiden arbeid. Het gebeurt niet krampachtig en niet luidruchtig. Er is stellig opvallender en, naar veler mening, inspannender werk dan dit zaaien. En toch: zie. Bedachtzaam loopt hij over de akker, bij iedere stap strooit hij het zaad met een brede zwaai in een wijde boog. Het is een strak gebaar, indrukwekkend in zijn eenvoud. Vraag van de zaaier niet, dat hij links en rechts aan de slag gaat, dat hij veel drukte maakt. Zie een zaaier ging uit om te zaaien. De machine neemt de plaats van de mens in, sinds zij het werk van de mens overnam. Men ziet niet vaak meer een zaaier. Wij vervreemden langzamerhand van de schepping, we weten weinig meer van de eigenlijke arbeid, het eigenlijke gebaar. Misschien hebben we daar door meer moeite om de Schrift te lezen.
De Zaaier en het Rijk. Ziet u het verband. Hebt u daar erg in, terwijl u dit leest en als u naar de kerk gaat? Het woord van het Koninkrijk, dat in Gods naam wordt gesproken. Het Koninkrijk komt namelijk niet zo opzienbarend als u wellicht verwacht. Het komt door middel en op de manier van de prediking. Ik kan dat haast niet geloven. De prediking schijnt zo machteloos, en ze is vaak zo krachteloos. Een zaaier. Is Deze niet de Zoon van de timmerman zei men in Nazareth. Zij zagen het, en toch zij zagen het niet! Zij hoorden het en toch zij hoorden het niet. Wie oren heeft om te horen, die hore.’
